Ik zit met Joris en Elian aan het ontbijt, Martin is aan het werk. Joris wil ‘hatelslaat’ op zijn brood, wat we gelukkig weer hebben dankzij een pakket uit Nederland! Terwijl ik zijn boterham klaarmaak realiseer ik me dat mijn vader mijn boterhammetje met hagelslag ook altijd zo maakte. Lekker veel uit het pak schudden, iets aandrukken, zelf een hageltje meesnoepen dat er naast valt. Het is een fijne herinnering. En wat een grappig gevoel is het toch dat ik zoiets precies hetzelfde doe voor mijn eigen kinderen.
Vrijdagavond was het tijd voor een Ladies Night in Amerikaanse stijl. Nadat de jongens hadden gegeten en ik Elian in bed had gelegd werd ik opgehaald door Patricia en Hedwig. Dit was voor mij een mooie gelegenheid om te oefenen met rijden, dus ben ik met onze auto naar de plaats van bestemming gereden. Op naar het “Texas Roadhouse”. Een echte Texaanse restaurantketen met vooral veel vlees. Aangezien het al half acht was toen we wegreden had ik best zin in wat te eten gekregen, maar op de parkeerplaats aangekomen bleek al snel dat ik nog even zou moeten wachten. Alle plaatsen waren bezet en naast mij reden er nog een stuk of zes auto’s rondjes over de parkeerplaats. Na een rondje of tien besloten we Patricia vast uit de auto te zetten om een tafel te reserveren. Uiteindelijk hadden we na een minuut of twintig mazzel, want vlakbij de ingang stond een auto op een parkeerplaats die waarschijnlijk stond te wachten op mensen die binnen zaten te eten. Nadat hij ons een keer of dertig voorbij had zien komen besloot hij zijn plekje af te staan. Inmiddels had Patricia gereserveerd, we zouden een half uurtje moeten wachten. Ik vroeg me wel af hoe dat georganiseerd zou worden, want het was enorm druk en ik zag geen personeel dat mensen kwam ophalen uit de wachtruimte. Ja, je leest het goed. Ze hebben hier een wachtruimte aan het restaurant. Een beetje skihutachtig met houten bankjes langs de muren en pindadoppen op de grond. Overigens een wonder dat die bankjes nog intact waren, niet alleen door de hoeveelheid mensen die erop plaatsnamen, maar vooral ook door de afmetingen van de mensen die erop gingen zitten. Er verdwenen af en toe mensen uit de wachtkamer het restaurant in, zonder dat ik iemand had horen zeggen dat hun tafel vrij was. Een raadsel voor mij, dat al snel werd opgelost door Patricia. Zij had namelijk een pieper gekregen, die af zou gaan zodra we aan de beurt waren. Handig! En inderdaad, toen ik eens goed om me heen keek zag ik dat al die vreemde mobiele telefoons geen mobiele telefoons, maar piepers waren. Rond half tien begon onze pieper te trillen en te knipperen, dus we konden, versterkt door nog drie gezellige Hollandse dames, naar onze tafel. Ik had inmiddels niet veel honger meer en besloot een salade te nemen met een echt Texaansklinkend drankje: een “strawberry cowboy cooler”. Ik had geen idee wat het was, maar het was alcoholvrij dus zou wel goed zijn. De gang van zaken was nogal anders dan ik uit Nederlandse restaurants gewend was. De airco stond aan alsof het al hoog zomer was, waardoor wij onze jassen aan moesten houden. Na ons vriendelijk verzoek de airco wat zachter te zetten moest de manager geraadpleegd worden, die dit gelukkig honoreerde. De jassen konden uit. De andere dames hadden allemaal een flink stuk vlees besteld, waarbij je twee sidedishes kon kiezen. Twee van hen hadden als sidedish een salade besteld. Vlak na het bestellen werd ons drinken bezorgd, en al snel daarna kreeg eerst een tafelgenoot haar salade. Om bestek moesten we vragen, want dat lag niet op tafel en dat viel de bediening absoluut niet op. Een kwartiertje later kreeg ook de volgende haar salade, waarna er een hele poos niemand meer iets kreeg. Toch vreemd, aangezien die salades sidedishes werden genoemd en geen voorgerechten waren. En ik ook een salade had besteld, maar niets kreeg. Nu hoef je geen honger te lijden als je nog geen eten hebt, want op elke tafel staat een vies emmertje met pelpinda’s waarvan je de doppen op de grond mag gooien. Ook stonden er mandjes met brood en boter op tafel. Enthousiast begon ik aan een van de broodjes met boter. Dit enthousiasme was al snel voorbij, toen bleek dat het om zoete broodjes met zoete kaneelboter ging. Een heel bijzondere ervaring die ik niemand aanbeveel. Na een half uurtje kwamen ook alle andere gerechten op tafel, inclusief mijn salade die ik bleek te mogen gaan eten met twee vorken en een steakmes. Iedereen had namelijk twee vorken en een steakmes gekregen als bestek. Handig. Gezien de grootte van mijn salade was dit overigens geen overbodige luxe. Tjonge wat een berg sla had ik. Toen ik ermee klaar was zag je niet eens dat ik er überhaupt van gegeten had, zo vol lag mijn schaal nog. Gelukkug doen ze hier aan doggiebags! Van de dorst kom je hier trouwens zeker niet om, als je frisdrank bestelt krijg je om de haverklap een gratis refill, naar echt Amerikaans gebruik. Dat het pinda-emmertje er niet alleen in mijn ogen nogal vies uitzag bleek toen een van de andere Nederlandse vrouwen (net aangekomen en ook nog nooit in Texas roadhouse o.i.d geweest) haar afgekloven sparerib-ribbetjes, hoepla, in het emmertje deponeerde. Even gemist dat men daar pinda’s uit at. Omdat wij het erg gezellig hadden bleven we na het eten nog lekker kletsen. Dit is niet gebruikelijk hier. Je komt er om te eten, doet dat even vlug en maakt dan dat je wegkomt. Dat ze vonden dat wij te lang bleven hangen werd duidelijk toen de airco weer op volle kracht op ons tafeltje werd gericht. Brrr. Om een uur of 01.00 was ik weer thuis, alwaar ik een schreeuwende Elian aantrof met een radeloze Martin. De kleine man had blijkbaar dorst en viel na een borst gelukkig weer lekker in slaap.
Zaterdag was ik vroeg weer op, niet alleen omdat de jongens wakker waren, maar ook omdat er werk aan de winkel was. Voor de ‘Hollandse Zondag’ die gepland stond zou ik een Hollandse taart maken. Dus boodschappen doen, bakken, vulling maken, vullen, bekleden, stapelen, versieren. Dat was het plan. Ik had een paar dagen eerder al wat schetsen, een strik en bloemen gemaakt, dus was goed voorbereid. We wilden alleen naast het taart maken ook even met Joris en Martin naar de kapper, omdat bij alletwee het haar bijna op hun schouders hing. Nu wil het toeval dat er een nieuwe Nederlandse familie is aangekomen deze maand, waarvan de vrouw kapster is. En de plaatselijke kappers staan erom bekend niet zo goed te kunnen knippen. Dus na een whatsapp berichtje (ja, je kunt me tegenwoordig whatsappen op mijn Nederlandse telefoonnummer, ideaal!) mochten we met Joris langskomen. Toen we voorreden zei ik: “Goh, zij hebben ook een groot huis”, waarop Martin mij erop wees dat zij in exact hetzelfe huis wonen als wij. En inderdaad, het huis was precies hetzelfde aangezien er hier veel met prefab-huizen wordt gewerkt. Je kiest er gewoon een uit een boekje en die zetten ze dan op je stukje grond. Alleen boven was er een muurtje meer waardoor een extra kamer was ontstaan, erg mooi! Joris voelde zich er meteen thuis en begon fijn te spelen met de Bob de Bouwer collectie van hun oudste zoontje. Helaas sloeg zijn stemming snel om toen bleek wat er met zijn haar ging gebeuren. Ik heb hem niet vaak zo kwaad gezien, schuimbekkend en schreeuwend in de houtgreep is hij uiteindelijk gekortwiekt. “nee pevrou, nee niet doen”. Respect voor Sienie dat ze hem toch nog zo netjes heeft weten te knippen. Na dit fiasco hebben we heerlijk bij ze in de tuin gezeten, lekker warm in het zonnetje. Erg gezellig! Maar ’s avonds weer tot 01.00 wakker omdat er taart gemaakt moest worden.
Zondag was het dan zover, de taart was af en mocht mee naar de “Hollandse zondag” in Georgetown, een stadje dat ongeveer driekwartier verderop ligt, richting Austin. Omdat we nog naar de IKEA wilden om een logeerbed te halen hebben we eerst de taart afgezet. Ik wilde het risico van rijden met een taart op schoot niet onnodig vergroten. Na de IKEA dus weer terug naar het feest. Het was erg leuk, met bijna alle Nederlanders (ongeveer 40 man, waarvan de helft minderjarig) hebben we het nieuwe jaar ingeluid met oliebollen, champagne, chips, groentesoep, hutspot, spinaziestamppot en een spruitenovenschotel. Met als toetje een heerlijke appeltaart en ijsjes voor de kinderen en mijn Hollandse taart. Je kunt de taart zien in het fotoalbum Texas 2012, samen met wat andere nieuwe foto’s.
Maandagavond in de badkamer vertoefd, waar Sienie onze kapsels onder handen heeft genomen, naar grote tevredenheid! Ik ben wel een flink stuk lengte kwijt, maar het ziet er weer gezond uit tot in de punten. En Martin kan weer iets zien zonder zijn haar opzij te hoeven schuiven.
Dinsdagochtend ben ik gaan kijken naar het schooltje van Justin, om te zien of dit wat voor Joris is. Hij kan daar twee ochtenden in de week, of vaker als we willen, terecht. Dat heet hier geen peuterspeelzaal maar ‘mothers day out’. Ik heb een grotendeels positieve indruk gekregen, maar nu nog goed nadenken/voelen of ik het echt wil. De inschrijving is pas in april, dus ik heb nog even. Joris heeft zich er in elk geval al goed vermaakt. Het thema in de klas was vervoermiddelen, dus hij zat meteen midden in het lokaal met alle auto’s en vrachtwagens te spelen. Toen de juf enthousiast tegen hem begon te praten in het Engels, leek er geen enkel taalprobleem te zijn. Heel apart en geruststellend om te zien dat hij haar begreep en vrolijk deed wat ze vroeg! Daarna nog de speeltuin verkend, waar Joris vervolgens niet meer uit weg wilde. Dus weer over de schouder en al schreeuwend terug in de auto. ’s Middags hebben we geluncht bij Patricia, (met echte calve-pindakaas!!) waar de jongens nog lief samen gespeeld hebben en daarna hebben we een flinke wandeling gemaakt. Er is namelijk een nieuw park aangelegd, precies tussen haar en ons huis, inclusief mooie speeltuin. Ook hier heeft Joris zich kostelijk vermaakt op de wentelglijbaan.
Zoals je leest voel ik me goed en de jongens hebben het erg naar hun zin. Martin komt steeds opgewekt uit zijn werk, al blijft het jammer dat hij zijn eigen echte werk nog steeds niet kan doen. Morgen wordt het 28 graden buiten, dus wij hebben weer een speeltuindate!