In Augustus (2014) waren Eliane en Martijn bij ons op bezoek. We gingen naar de dierentuin, gaven een rondleiding op Martins werk en aten bij de Chilli’s. Wat ik zo leuk vind om te merken is dat het bezoek nu kijkt door de bril die ik ophad toen ik hier net woonde, terwijl ik vrijwel alles normaal ben gaan vinden. Toetjes bedoeld voor één persoon, waaraan vier volwassenen zich met gemak misselijk kunnen eten, worden door bezoekers met ogen als schotels ontvangen (ondertussen zou ik met minder geen genoegen meer nemen). Wat dacht je bijvoorbeeld van een brownievulkaan met chocoladelava, of een in de skillet gebakken chocolate-chip cookie met hot-fudge en vanilleijs. Ook opvallend zijn de tientallen stopborden waar elke bezoeker zich aan stoort of zich tenminste over verwondert, maar die ik inmiddels zeer ben gaan waarderen omdat ze zo heerlijk de vaart uit het leven halen.
Zo af en toe proberen we tijd vrij te maken om zelf iets nieuws te gaan bekijken. Zoals een dagje naar Fort Worth, waar het museum of history and science een collectie heeft die de geschiedenis van Texas mooi weergeeft. Eveneens in Fort Worth zijn de Stockyards, waar je het gevoel hebt daadwerkelijk in het Wilde Westen van eind 1800 te zijn beland. Er is een grote veemarkt, inclusief longhorns, en er zijn talloze Salloons, winkeltjes en restaurants. Het was er wel erg druk, dus besloten wij met onze drie kleine cowboys in de auto te blijven en zo over de stockyards te rijden. Historisch beschermd stadsgebied of niet, alles is toegankelijk voor auto’s. Op en top Texas.
Amerikaanse, of Texaanse, humor blijkt nog regelmatig af te wijken van Nederlandse, of Karlijns, humor. September was op Joris zijn school de maand van gekke dingen doen, dus had de directrice iets HI-LA-RISCH bedacht: de kinderen moesten elke vrijdag hun schoolshirt achterstevoren dragen! De hele maand lang. Tegen de tijd dat ik er de lol van inzag was het alweer oktober. Overigens werden er in september ook schoolfoto’s gemaakt, waar ik dan wel weer smakelijk om heb kunnen lachen. Joris staat er namelijk als volleerd Amerikaan op, met de prachtigste speciaal-voor-de-foto-op-commando-opgezette lach die ik ooit heb gezien. Ik doe het hem niet na. Vervolgens dacht ik dat ze een grapje maakten toen mij verteld werd wat die foto’s moesten kosten, toen dit echter een serieuze zaak bleek besloot ik slechts tot aankoop van de klassenfoto.
In Salado, een schitterend dorp hier iets verderop, wordt elk jaar een Chocolate and wine festival gehouden (op de een of andere manier moet ik bij deze woorden steeds denken aan een ‘chocolate and whine’ festival, waarbij ik een maandelijks terugkerend evenement voor elke vrouw voor me zie). Tijdens het festival kun je meedoen aan een “death-by-chocolate” wedstrijd, waarvoor je een chocoladebaksel moet inleveren dat door bezoekers en een vakjury wordt beoordeeld op smaak en presentatie. Ingeborg was zo lief om voor mij te informeren naar hoe deelname in zijn werk ging, waarbij haar op het hart werd gedrukt dat het niveau bijzonder hoog lag. Mijn maagklachten in die periode in combinatie met deze waarschuwing van de organisatie zorgden ervoor dat ik besloot niet mee te doen. Wel ging ik met Harmen en Ingeborg als bezoeker naar de wedstrijd, om te proeven van al die hoogwaardige chocoladetraktaties. Het was ontzettend gezellig, maar na het proeven en beoordelen van (bijna) alle zoete creaties wist ik een ding zeker: volgend jaar doe ik mee!
Ik weet niet eens of ik het al eerder over Hershey’s chocola heb gehad. Maar aangezien men deze waarschuwing niet vaak genoeg kan krijgen zet ik hem hier nog even neer: probeer nooit chocola van Hershey’s. Hershey’s is het nummer 1 merk chocola in Amerika. En het is VIES! Nooit geweten dat chocola ZO smerig kon zijn. Het smaakt zuur en bedorven, maar de meeste Amerikanen zweren er bij. Hoe dan ook, ik ga het volgend jaar niet gebruiken in mijn winnende wedstrijdstuk.
Over bakken gesproken, ik bak heel wat af. Vooral taarten voor jarige kindertjes, voor maximaal 30 personen, tot ik in oktober de vraag kreeg of ik de taarten wilde verzorgen voor het afscheidsgala van een Amerikaans onderdeel van Martins werk. Een opdracht voor 400 man, waarbij ik met een zeer hooggeplaatst persoon de details zou moeten doornemen. Gewapend met een dozijn voorbeeldcakejes en met knikkende knieën ging ik naar de afspraak toe. Ik verwachtte een statige oudere man in uniform die mij zou behandelen zoals hogere Amerikanen vaak hun lagere personeelsleden behandelen: met een duidelijke blijk van wie het voor het zeggen heeft. Na vier trappen en zes lange gangen (oke, misschien overdrijf ik een klein beetje) kwam ik dan het betreffende kantoor binnen. Achter het bureau stond een man van –ik denk– een jaar of 40, in zijn strakke wielertenue, zwetend bij te komen van zijn zojuist gemaakte fietstochtje. En om nou te beweren dat daarmee het ijs volledig was gebroken… De man bleek bijzonder vriendelijk (tegen mij dan, want zodra een van zijn werknemers binnenkwam ging het ik-ben-hier-de-baas-en-de-grootste-stoerste-man masker op). Hij bestelde een berg cupcakes en een aantal taarten die ik binnen het thema zelf mocht vormgeven. Het werd een enorme uitdaging om alles op tijd op locatie te krijgen, maar het resultaat was een tevreden opdrachtgever en een trotse bakster in galajurk.
Die galajurk leverde nog een mooi verhaal op. In Killeen zit een grote jurkenwinkel met een zeer uiteenlopend assortiment. Pink Crush. Van communiejurkjes voor kinderen en nietsverhullende lapjes stof voor jongedames tot complete baljurken. Vergeleken met Europese gala- en cocktailkleding is alles hier spotgoedkoop. Ik probeerde een aantal jurken en besloot een felblauwe fit and flair te kopen, die zonder extra kosten op maat gemaakt zou worden. Hiervoor moest ik echter wel een paar dagen later terugkomen, want de eigenaresse die al het verstelwerk zelf deed was een poosje in een andere stad. Mij werd op het hart gedrukt dat ik echt geen tijd hoefde af te spreken, maar dat ik gewoon kon binnenlopen. Helaas bleek dit, ik had het kunnen/moeten weten na drie jaar Texas, in de praktijk toch net iets anders te liggen en stond ik op de afgesproken dag precies op een moment weer in de winkel dat de eigenaresse NET EVEN niet aanwezig was. Mij werd vriendelijk verzocht de volgende dag om elf uur terug te komen. Ik liet de jurk vast achter en vertrok weer naar Ingeborg waar ik baby Auron had achtergelaten om rustig te kunnen worden afgespeld. De volgende dag om elf uur was ik braaf weer aanwezig in de winkel, want zo afgesproken. Het meisje dat de week ervoor met mij de jurk had uitgekozen en mij gisteren had verzocht vandaag om elf uur terug te komen keek mij aan alsof ze mij nog NOOIT eerder had gezien. Terwijl ze me appelig aankeek, met in haar kielzog aan het rek mijn felblauwe jurk, stelde ze me een vraag die neerkwam op: wie bent u en wat komt u hier doen? En even sloeg de angst mij om het hart, aangezien mijn al betaalde jurk door haar blijkbaar niet aan mijn gezicht werd gekoppeld. Gelukkig hoefde ik maar te wijzen naar de jurk en te stamelen dat ik had afgesproken met de directrice voor het afspelden om haar tot actie aan te zetten. Een week later kon ik zonder problemen mijn perfectpassende jurk meenemen.