Een kwartier eerder dan afgesproken zie ik een witte pick-up onze oprit opdraaien. Voor de deur staat een stevige, goedlachse dame die ondanks het ontbreken van cowboyhoed of –laarzen (en het wonderlijke feit dat ze niet te laat is), overduidelijk geboren en getogen Texaans is.
Ze reikt me haar hand en we steken van wal met de nodige beleefdheden die hier nog diep in de maatschappij geworteld zitten (How are you, my name is, nice to meet you, come on in…). Ze neemt plaats aan onze grote tafel direct rechts naast de voordeur en stalt haar spullen uit: papierwerk en een tablet waarop ze straks al onze huisraad zal invoeren. Haar eerste vraag is meteen raak: “are you ready to leave the US?”. En natuurlijk heb ik daar geen passend antwoord op. Er bestaat voor mij geen eenduidig antwoord op deze zo simpel lijkende vraag. Een ontkenning of bevestiging zou volstaan, ware het niet dat zowel ja als nee weerstand bij me oproepen. Ik leg haar kort uit dat het dubbel is om na zes jaar Texas naar Nederland terug te gaan, en dat we gelukkig zelf de keuze ook niet hoeven maken. We staan voor een voldongen feit en gaan het beste maken van wat er komen gaat, zoals we dat ook gedaan hebben toen we in 2011 deze kant op kwamen.
“Home is where the heart is”, maar mijn hart ligt op twee plaatsen.
De inventarisatie is een ongemakkelijk gebeuren. Hoewel KayKay een vrolijk mens is en me probeert op mijn gemak te stellen, zie ik in mijn bezittingen ineens niet meer mijn fijne spullen maar een gigantische hoeveelheid troep die door derden ingepakt en verplaatst zal moeten worden. Een gevoel van schaamte vermengt zich met de twee andere emoties die ik de laatste tijd zo sterk voel: Verdriet om hier weg te moeten gaan en blijdschap om terug te mogen keren in Nederland.
De afgelopen weken zijn letterlijk benauwend voor mij geweest, meer dan eens per dag zit ik naar adem te happen. We zeggen onze contracten/abonnementen langzaamaan op, nemen afscheid van mensen en plaatsen, proberen in te schatten wat we nog nodig hebben aan wasmiddel en andere spullen in de voorraadkast. Het mooie vind ik wel dat ik dankzij het naderend vertrek weer even kan kijken met kinderlijk enthousiasme, zoals ik dat in het begin van de plaatsing ook heb ervaren. De schoonheid van het landschap, de vrijheid en de zon maak ik in deze periode weer bewuster mee. Er zijn dagen dat ik niet weg wil, dat ik niet weet hoe het straks moet in Nederland. Met de kinderen, met mezelf. Met Elian die hier zo fantastisch begeleid wordt door zijn lieve therapeut. Met het koude, grijze weer. Maar er zijn evenveel momenten dat ik niet kan wachten om terug te zijn, dat ik het hier mooi geweest vind, dat ik verlang naar mijn familie en vrienden en de nieuwe uitdaging die ons te wachten staat. Het is alsof ik continu heen en weer word geslingerd tussen twee muren, waartegen ik zowel aan de ene als aan de andere kant steeds een harde smak maak.
We plannen onze laatste roadtrip en dat herinnert me eraan dat ik het laatste deel van de vorige reis nog niet op papier heb gezet. Een klus waar ik al een tijdje tegenaan zit te hikken, omdat de laatste dagen van de vakantie onverwachts een zware emotionele lading hebben gekregen.
Vanuit Las Vegas naar de volgende bestemming was een tripje van ongeveer vier uur. Via een klein stukje route 66 reden we naar Flagstaff, Arizona, vlakbij de Grand Canyon. Ons verblijf was een kleine ‘cabin in the woods’ die stond op een terrein met een grote speeltuin voor de jongens, omringd door hoge naaldbomen. De lucht was er fris en ’s-nachts koelde het flink af. Onze excursie naar de Grand Canyon was onvergetelijk. Een onbeschrijfelijk, adembenemend mooi natuurverschijnsel zoals ik niet eerder heb gezien. Zo groots dat het je weer even goed doet beseffen hoe nietig wij mensen eigenlijk zijn. Jammer waren wel de hondsbrutale eekhoorns, waarvan er een bijna de twix uit Elians hand trok in een onbewaakt moment. Ondanks de veelvuldig geplaatste bordjes: “don’t feed the squirls” gaven veel mensen uiteraard toch de eekhoorns te eten, wat de beestjes duidelijk het gevoel had gegeven dat menseneten gedeeld behoort te worden met eekhoorntjes. De foto’s die we maakten van de canyon zijn mooi, maar doen geen recht aan hoe het was om daar te staan. Dat geldt overigens ook voor de brochure die we kregen: prachtig, maar niets vergeleken met het werkelijk aanschouwen van de diepte, de kleuren, de grootsheid. Dus als je ooit in je leven de kans hebt: GA!
Door naar onze laatste stop: Albuquerque, New Mexico. Een plek waar Martin al eerder een maand zonder ons was geweest en die hij nu aan ons zou laten zien, op een uur of vijf van Flagstaff. We zaten in een ruim huis met eigen keuken waar we de avond van aankomst lekker zelf konden koken en waren van plan de volgende dag het stadje Santa Fe te gaan bekijken. Het liep anders.
Toen ik wakker werd zag ik het lampje op mijn telefoon oplichten, ik bleek midden in de nacht te zijn gebeld door Dirk. Ik wist meteen dat dit niet goed kon zijn. Hij was op de hoogte van het tijdsverschil en het feit dat ik op vakantie was en zou nooit per ongeluk op zo’n moment geprobeerd hebben mij te bereiken. Mijn voorgevoel dat het niets goeds kon betekenen klopte, maar wat er daadwerkelijk aan de hand was had ik nooit kunnen bedenken. Totaal onverwachts was zijn lieve, bijzondere moeder overleden. Ik kan vellen vol schrijven over wat Gerda voor mij betekent/heeft betekend, maar dit is niet de plek. De schok en het verdriet waren te groot om op mijn benen te blijven staan. Koortsachtig heb ik nog geprobeerd een vlucht naar Nederland te boeken om bij ze te kunnen zijn, maar helaas is dit niet gelukt. Een van de grootste nadelen van een mooi avontuur als dit is dat er momenten komen waarop je bij je dierbaren wilt zijn, MOET zijn, maar dat niet kan. Momenten waarop je definitief afscheid van iemand moet nemen, maar dat niet kunt omdat je er fysiek zover vanaf zit dat je het niet kunt bevatten. Er niet kunnen zijn voor een van de belangrijkste mensen in je leven op zo een cruciaal moment is verschrikkelijk moeilijk, zelfs als je weet dat het je niet kwalijk wordt genomen.
De laatste dag van de vakantie hebben we rustig aan gedaan. Een bezoekje aan het vliegtuigmuseum, eten in een echte old-fashioned diner: Owl café. Uit diezelfde diner hebben we voor troost een enorm stuk banana cream pie meegenomen om op een bankje bij een speeltuin in het avondzonnetje op te eten (terwijl mijn vier mannen lekker aan het klimrek hingen). De reis naar huis was gevuld met terugblikken op een heerlijke vakantie, genieten van nog meer mooie uitzichten onderweg en emmers vol met tranen die zich steeds weer aan mij opdrongen.
Mijn afscheid van Gerda was afgelopen zomer. Een stralende dag in Amersfoort met Gerda, Dirk en Jahren. We genoten van het weer, een drankje, een wandeling en het samenzijn. De afspraak was dat ik haar nieuwe huis zou komen bekijken zodra ik weer in Nederland woonde, zover mocht het helaas niet komen. Tot ziens bleek vaarwel. Ik ben dankbaar voor alle mooie herinneringen en de rol die ze in mijn leven heeft gespeeld. Over een paar maanden kan ik eindelijk haar zoon en kleindochter –en al mijn andere lieve vrienden en familie- weer knuffelen, ik kijk er naar uit!